Wat zijn Adaptieve Verwachtingen?
Adaptieve verwachtingen zijn een theorie binnen de macro-economie die stelt dat individuen hun toekomstige verwachtingen over economische variabelen, zoals inflatie of prijzen, baseren op wat in het verleden is gebeurd. Het idee is dat mensen hun verwachtingen geleidelijk aanpassen op basis van waargenomen fouten in hun eerdere voorspellingen. Als de werkelijke inflatie bijvoorbeeld hoger uitviel dan verwacht, zullen mensen hun verwachting voor de toekomstige inflatie naar boven bijstellen42. Dit concept staat in contrast met theorieën die aannemen dat mensen alle beschikbare informatie benutten bij het vormen van hun vooruitzichten.
Geschiedenis en Oorsprong
Het concept van adaptieve verwachtingen heeft diepe wortels in de economische theorie en werd prominent in het midden van de 20e eeuw. Hoewel vroege vormen van het idee teruggaan tot Irving Fisher (1911), werd de hypothese van adaptieve verwachtingen invloedrijk door het werk van Philip Cagan (1956) in zijn analyse van hyperinflatie en later door Milton Friedman (1957) in zijn studies over de consumptiefunctie en de Phillips-curve.41 Friedman stelde bijvoorbeeld dat werknemers adaptieve verwachtingen vormen van het [loonstijging]- en inflatiepercentage, waardoor de overheid hen tijdelijk kan verrassen met onverwachte veranderingen in het [monetair beleid], wat kan leiden tot een kortetermijnrelatie tussen inflatie en [werkloosheid].
39, 40
Belangrijkste Punten
- Adaptieve verwachtingen impliceren dat individuen hun voorspellingen baseren op een gewogen gemiddelde van eerdere waarnemingen, waarbij recentere gebeurtenissen vaak meer gewicht krijgen.38
- Deze theorie suggereert een geleidelijke aanpassing van verwachtingen, wat kan leiden tot aanhoudende fouten als de economische omstandigheden snel of systematisch veranderen.37
- Het model van adaptieve verwachtingen is relatief eenvoudig en intuïtief, en biedt een verklaring voor de traagheid waarmee verwachtingen zich aanpassen aan nieuwe informatie.
35, 36* Ondanks kritiek blijft het concept relevant voor het begrijpen van fenomenen zoals inflatiepersistentie en de vertraagde effecten van beleidswijzigingen.
34
Formule en Berekening
De meest voorkomende formulering van adaptieve verwachtingen voor een variabele (P) (zoals prijs of inflatie) is als volgt:
Waarbij:
- (P_{t}^{e}) = De verwachte waarde van de variabele voor periode (t).
- (P_{t-1}^{e}) = De verwachte waarde van de variabele voor periode (t-1), zoals geformuleerd in periode (t-1).
- (P_{t-1}) = De werkelijke waarde van de variabele in periode (t-1).
- (\alpha) (alfa) = De aanpassingscoëfficiënt, een waarde tussen 0 en 1. Deze coëfficiënt bepaalt hoe snel verwachtingen worden aangepast. Een hogere (\alpha) betekent een snellere aanpassing aan recente fouten.
Deze formule impliceert dat de huidige verwachting voor de toekomst een aanpassing is van de vorige verwachting, gebaseerd op de fout die is gemaakt in de vorige periode (het verschil tussen de werkelijke en de verwachte waarde). Dit proces van constante revisie en het gebruik van historische [voorspelmodellen] is een kernaspect van adaptieve verwachtingen.
33Interpreteren van Adaptieve Verwachtingen
Het interpreteren van adaptieve verwachtingen draait om het begrijpen hoe individuen en bedrijven reageren op onverwachte economische schokken. Als bijvoorbeeld de [rente] onverwacht stijgt, zullen mensen die adaptieve verwachtingen hebben hun toekomstige rentestandverwachtingen geleidelijk aanpassen op basis van deze nieuwe realiteit. Dit 32betekent dat aanpassingen aan veranderingen in de economie, zoals in [economische cycli], niet onmiddellijk zijn, maar over tijd plaatsvinden.
In 31de praktijk kan het leiden tot systematische voorspellingsfouten, vooral in een omgeving waar veranderingen consistent in één richting bewegen. Als de inflatie bijvoorbeeld voortdurend stijgt, zullen mensen met adaptieve verwachtingen de inflatie systematisch onderschatten omdat ze altijd achterlopen op de werkelijke situatie.
Hy30pothetisch Voorbeeld
Stel, de Centrale Bank heeft een inflatiedoelstelling van 2% per jaar. Gedurende de afgelopen jaren was de werkelijke inflatie echter hoger: 3% in jaar 1 en 4% in jaar 2.
Een bedrijf dat adaptieve verwachtingen gebruikt met een aanpassingscoëfficiënt ((\alpha)) van 0,5, zou als volgt zijn inflatieverwachtingen aanpassen:
- Begin: Stel, de initiële verwachting voor jaar 1 was 2%.
- Einde Jaar 1: De werkelijke inflatie was 3%. De fout was (3% - 2% = 1%).
De nieuwe verwachting voor Jaar 2 ((P_{2}^{e})) wordt dan:
(P_{2}^{e} = P_{1}^{e} + \alpha(P_{1} - P_{1}^{e}))
(P_{2}^{e} = 2% + 0.5(3% - 2%))
(P_{2}^{e} = 2% + 0.5(1%))
(P_{2}^{e} = 2% + 0.5% = 2.5%).
De verwachting voor jaar 2 is nu 2,5%. - Einde Jaar 2: De werkelijke inflatie was 4%. De fout was (4% - 2.5% = 1.5%).
De nieuwe verwachting voor Jaar 3 ((P_{3}^{e})) wordt dan:
(P_{3}^{e} = P_{2}^{e} + \alpha(P_{2} - P_{2}^{e}))
(P_{3}^{e} = 2.5% + 0.5(4% - 2.5%))
(P_{3}^{e} = 2.5% + 0.5(1.5%))
(P_{3}^{e} = 2.5% + 0.75% = 3.25%).
De verwachting voor jaar 3 is nu 3,25%.
Dit voorbeeld illustreert hoe de verwachtingen van het bedrijf geleidelijk toenemen als reactie op de hogere werkelijke inflatie, maar altijd enigszins achterlopen op de realiteit. Dit kan van invloed zijn op [investeringsbeslissingen] en [consumentengedrag].
Praktische Toepassingen
Hoewel de theorie van adaptieve verwachtingen in de academische wereld deels is overschaduwd door meer geavanceerde modellen, blijft deze conceptueel en in bepaalde contexten van praktisch belang.
- Monetair Beleid: Centrale banken monitoren de [inflatie]verwachtingen van het publiek en bedrijven. Hoewel ze vaak rationele verwachtingen modelleren, kan het gedrag van adaptieve verwachtingen in de praktijk invloed hebben op de effectiviteit van [monetair beleid], vooral op de korte termijn. Als mense28, 29n hun verwachtingen langzaam aanpassen, kan beleid een meer langdurige impact hebben op de reële economie. Beleidsmak27ers van de Federal Reserve bespreken bijvoorbeeld hoe inflatieverwachtingen van invloed zijn op hun beslissingen, en in hoeverre deze verwachtingen 'adaptief' zijn..
- Econ26omische Analyse: Adaptieve verwachtingen helpen verklaren waarom bepaalde economische fenomenen, zoals inflatie, persistent kunnen zijn. Ze kunnen 25ook inzicht bieden in [marktinefficiënties] wanneer agenten niet alle beschikbare informatie verwerken.
- Bedrijfsplanning: Bedrijven kunnen adaptieve verwachtingen onbewust toepassen bij het plannen van toekomstige [prijzen], [loonstijging] of voorraadniveaus, door simpelweg historische trends te extrapoleren.
- Voorspelmodellen: Eenvoudige voorspelmodellen, vooral in situaties met beperkte data of wanneer gedetailleerde modellering te complex is, kunnen nog steeds elementen van adaptieve verwachtingen bevatten om toekomstige [economische groei] te schatten.
Beperkingen en Kritiek
De theorie van adaptieve verwachtingen heeft door de jaren heen aanzienlijke kritiek ontvangen, wat heeft geleid tot de ontwikkeling van alternatieve theorieën. De belangrijkste beperkingen zijn:
- Systematische Fouten: Het meest fundamentele kritiekpunt is dat adaptieve verwachtingen leiden tot systematische voorspellingsfouten wanneer de variabele die wordt voorspeld een duidelijke trend vertoont. Als de infla24tie bijvoorbeeld continu stijgt, zullen mensen die adaptieve verwachtingen hanteren de toekomstige inflatie consistent onderschatten. Ze leren van23 hun fouten, maar altijd met een vertraging.
- Gebrek22 aan Rationaliteit: Critici stellen dat individuen in de echte wereld meer informatie gebruiken dan alleen de geschiedenis van een variabele. Mensen houde21n rekening met nieuw beleid, economische theorieën en andere relevante informatiebronnen, wat de premisse van adaptieve verwachtingen ondermijnt. De "Lucas-kri20tiek", geformuleerd door Robert Lucas, stelt dat traditionele economische modellen gebaseerd op adaptieve verwachtingen onbetrouwbaar zijn voor beleidsevaluatie, omdat ze geen rekening houden met hoe beleidswijzigingen de verwachtingen en het gedrag van mensen beïnvloeden.
- Aanpassi17, 18, 19ngscoëfficiënt: De waarde van de aanpassingscoëfficiënt (\alpha) is arbitrair en wordt niet door de theorie zelf verklaard. De keuze van deze coëfficiënt beïnvloedt de snelheid van aanpassing, maar er is geen universele manier om deze vast te stellen.
- Geen antwoord o16p structurele veranderingen: Adaptieve verwachtingen houden geen rekening met structurele veranderingen in de economie of in het [fiscaal beleid]. Als een centrale bank bijvoorbeeld een nieuw [monetair beleid] aankondigt, zouden mensen met adaptieve verwachtingen pas reageren nadat ze de effecten van dit nieuwe beleid in de werkelijke data zien, in plaats van proactief hun verwachtingen aan te passen.
Adaptieve Verwach15tingen vs. Rationele Verwachtingen
Het onderscheid tussen adaptieve verwachtingen en Rationele verwachtingen is een van de meest fundamentele debatten binnen de [economische theorie].
Kenmerk | Adaptieve Verwachtingen | Rationele Verwachtingen |
---|---|---|
Basis voor Vorming | Voorspellingen zijn uitsluitend gebaseerd op historische fouten en waargenomen waarden uit het verleden. | Voorspellingen zijn14 gebaseerd op alle beschikbare informatie, inclusief historische data, economische theorieën, overheidsbeleid en toekomstige verwachtingen. |
Aanpassingsmecha12, 13nisme | Geleidelijke en reactieve aanpassing over tijd. Individuen leren langzaam van hun fouten. | Onmiddellijke en pro11actieve aanpassing. Individuen maken, gemiddeld genomen, geen systematische fouten en hun voorspellingen zijn onbevooroordeeld. |
Gedrag van Agent9, 10en | Agenten zijn "achterwaarts gericht" en kunnen vatbaar zijn voor systematische voorspellingsfouten, vooral bij trends. | Agenten zijn "voorwa8arts gericht" en gedragen zich als rationele, optimaliserende economen, die de economische modellen begrijpen. |
Beleidsimplicati7e | Monetair en fiscaal beleid kan effect hebben op de reële economie op zowel de korte als lange termijn, omdat verwachtingen langzaam reageren. | Voorspelbaar beleid i6s ineffectief, omdat agenten het anticiperen en hun gedrag dienovereenkomstig aanpassen, wat resulteert in beleidsneutraliteit. |
Waar adaptieve verwa4, 5chtingen suggereren dat mensen systematische fouten maken door alleen naar het verleden te kijken, stelt de theorie van [Rationele verwachtingen] dat mensen hun informatie optimaal benutten, waardoor systematische fouten worden vermeden. Hoewel de [Rationele verwachtingen] de dominante hypothese is geworden in de moderne [macro-economie], erkennen sommige economen dat adaptief gedrag in bepaalde situaties een rationele reactie kan zijn, vooral bij onzekerheid of beperkte informatie.
Veelgestelde Vragen3
1. Waarom zijn adaptieve verwachtingen belangrijk, zelfs met de kritiek?
Adaptieve verwachtingen zijn conceptueel belangrijk omdat ze een fundamenteel inzicht bieden in hoe mensen kunnen reageren op onverwachte economische gebeurtenissen door geleidelijk hun [voorspelmodellen] aan te passen. Hoewel ze beperkingen hebben, kunnen ze in bepaalde situaties, zoals bij het verklaren van inflatiepersistentie of wanneer informatie beperkt is, nog steeds relevante inzichten bieden.
2. Hoe beïnvloeden2 adaptieve verwachtingen inflatie?
Als mensen adaptieve verwachtingen van [inflatie] hebben, zullen ze hun verwachtingen voor de toekomstige inflatie baseren op de waargenomen inflatie uit het verleden. Als de inflatie stijgt, zullen ze hun verwachtingen opwaarts bijstellen, maar met een vertraging. Dit kan leiden tot een spiraal, waarbij hogere huidige inflatie leidt tot hogere verwachte inflatie, wat weer bijdraagt aan hogere werkelijke inflatie door bijvoorbeeld hogere [loonstijging]-eisen.
3. Zijn adaptieve verwachtingen realistischer dan rationele verwachtingen?
De vraag welke verwachtingsvorming realistischer is, is complex en hangt af van de context. Adaptieve verwachtingen zijn intuïtiever en lijken meer op de manier waarop mensen in het dagelijks leven leren van ervaringen. Echter, ze veronderstellen een zekere "naïviteit" door systematische fouten te negeren. [Rationele verwachtingen] daarentegen vereisen dat agenten over aanzienlijke informatie en verwerkingscapaciteit beschikken. In de praktijk gedragen me1nsen zich vaak ergens tussen deze twee uitersten in.